66 die nogal eens blijken voor te komen, niet alleen bij topsport, maar ook in de breedte binnen de verenigingssport. De integriteit van de sportwereld wordt daardoor op het spel gezet. Het lijkt daarom vanzelfsprekend dat een aantal bonden die worden geconfronteerd met onwenselijk gedrag en NOC*NSF een gezamenlijk programma hebben opgezet en uitgevoerd om daaraan iets te doen. Bij de uitvoering is gebleken dat lang niet alle betrokkenen in hun achterban dit probleem als urgent beschouwden. Daar is door het programma wel verandering in gekomen. Er is een grotere gevoeligheid voor onwenselijk gedrag ontstaan en er wordt ook gerichter actie tegen ondernomen. “Het moeilijkst is de borging in de club. Vanwege het verloop moet je eigenlijk continue bezig zijn met die ‘collectieve mentaliteit’ Jan Minkhorst (NOC*NSF) .” Wie iets verder terugkijkt dan dit programma SSR, zal vaststellen dat er al een lange weg achter ons ligt waar het gaat om het tot stand brengen van beleid rond sportiviteit en respect in de sport. Uitgedaagd door de minister van VWS Hedy d’Ancona en de Fair Play Club Nederland, formuleerde Marten Kastermans, de toenmalige voorzitter van NOC*NSF, al in 1993 het ‘orde scheppen in eigen huis’ rond sportiviteit en respect als een opgave voor de georganiseerde sport. Na twintig jaar herhalen van de boodschap blijkt het kwartje op een breed front gevallen en tekent zich een echte omslag af. Een belangrijke ontwikkeling is op gang gebracht en juist daarom… “We moeten door gaan…”. Pagina 65
Pagina 67Scoor meer met een webwinkel in uw clubbladen. Velen gingen u voor en publiceerden rapporten online.
E-zine Je gaat het pas zien als je het door hebt Lees publicatie 17Home