Congresverslag In hoofdstukken 6 t/m 9 gaat Moen uitgebreid in op enkele behandelmogelijkheden voor MTSS. De belangrijkste bevinding uit het proefschrift staat in Hoofdstuk 7, dat gewijd is aan gefocusseerde shockwave-therapie (ESWT). Moen combineerde een opbouwend loopschema met de shockwavebehandeling, waarbij de pijnlijke plek met 1000 tot 1500 shocks werden behandeld met een snelheid van 2,5 shock per seconden. Gedurende vijf sessies werd de energiedichtheid van de impuls opgebouwd van 0,15 tot 0,30 mJ/mm2. Sporters met MTSS die een gefaseerd loopschema combineerden met een shockwave-behandeling herstelden sneller dan de controlegroep die alleen het gefaseerde loopschema volgden. De sporters naast het opbouwende loopschema ook de shockwave-behandeling kregen waren na zestig dagen hersteld. De sporters die alleen het opbouwende loopschema gebruikten, konden gemiddeld na negentig dagen weer 18 minuten met hoge intensiteit zonder pijn rennen. Hoofdstuk 6 bestaat uit twee case reports. Daarin beschrijft Moen twee patiënten met MTSS die gedurende drie maanden met bifosfonaten werden behandeld nadat andere conservatieve behandelingen onvoldoende resultaat hadden gehad. Hoewel er over deze behandeling voor MTSS nog niet eerder gepubliceerd is, is er meer onderzoek nodig voordat ze kan worden aangeraden. Hoofdstuk 8 doet verslag van een kleine gerandomiseerde studie waarin Moen het additionele effect bekeek van een pneumatische brace naast een gefaseerd loopschema. De onderbeensbrace liet in deze studie geen toegevoegde waarde zien voor de behandeling van MTSS. Bovendien is het gebruik van de brace niet haalbaar, omdat het draagcomfort van de brace laag werd gewaardeerd. In Hoofdstuk 9 presenteert Moen de resultaten van zijn gerandomiseerde prospectieve observationele studie waarin hij drie behandeltrajecten voor MTSS in een brede groep sporters vergelijkt. De eerste groep volgde een gefaseerd loopschema, de tweede groep volgde het loopschema en deed ook rek- en krachtsoefeningen voor de kuiten, terwijl de derde groep tijdens het loopschema sportcompressiekousen droeg. Tussen de drie groepen werd geen signifi cant verschil gevonden in de tijd die verstreek voordat herstel optrad. Onduidelijk blijft of een gefaseerd loopschema beter is dan rust. Tot slot bespreekt Moen in hoofdstuk 10 de belangrijke resultaten van zijn publicaties in relatie tot de huidige literatuur. Ook doet hij een voorstellen voor verder onderzoek. Een mogelijkheid is om shockwave-therapie verder te onderzoeken door middel van een dubbelblind, gerandomiseerd onderzoek met controlegroep. Een andere mogelijkheid is om biopten van de tibiale cortex te nemen bij sporters met MTSS om zo aanwijzingen te vinden voor de botoverbelastingtheorie. Moens proefschrift getuigt van een grote nieuwsgierigheid naar het ontstaan van MTSS, met als uiteindelijke doel om een betere behandeling voor deze veelvoorkomend en langdurige blessure te vinden. Hij deinst er niet voor terug om een groot aantal complexe vragen te onderzoeken. Dat levert veel op. Sportartsen en sportfysiotherapeuten die belang hechten aan evidence-based medicine, doen er goed aan om de resultaten van zijn onderzoek ter harte te nemen. Natuurlijk blijft een aantal vragen onbeantwoord, en in die discussie doet Moen een groot aantal suggesties voor verder onderzoek. Het is te hopen dat zijn fascinatie voor dit onderwerp in de toekomst in een reeks nieuwe publicaties resulteert. Sportartsen en sportfysiotherapeuten die belang hechten aan evidence-based medicine, doen er goed aan om de resultaten van zijn onderzoek ter harte te nemen. Samenstelling: SYNVISC® en SYNVISC-ONE® is verkrijgbaar als 2 ml respectievelijk 6 ml en bevat Hylaan G-F 20. Hylaan G-F 20 bevat hylaan A en hylaan B. Indicaties: Hylaan G-F 20 • dient als tijdelijk vervangingsmiddel en supplement van synoviaal vocht. • is een middel waar patienten in alle fasen van gewrichtsaandoeningen baat bij vinden. • is meest effectief bij patienten die actief zijn en het aangedane gewricht regelmatig gebruiken. • Het therapeutische effect van hylaan G-F 20 wordt bewerkstelligd door viscositeitsaanvulling, een proces waarbij de fysiologische en rheologische toestand van de door artrose aangetaste gewrichtsweefsels worden hersteld. Viscositeitsaanvulling met hylaan G-F 20 is een behandeling die erop gericht is de pijn en het ongemak te verminderen om zodoende de beweeglijkheid van het gewricht te vergroten. In vitro studies hebben aangetoond dat hylaan G-F 20 de kraakbeencellen beschermt tegen bepaalde vormen van fysische en chemische schade. SYNVISC® is alleen bedoeld voor intra-articulair gebruik door een arts voor de behandeling van pijn ten gevolge van osteoartrose in de knie, heup, enkel en schouder. SYNVISC-ONE® is alleen bedoeld voor intra-articulair gebruik door een arts voor de behandeling van pijn ten gevolge van osteoartrose in de knie. Dosering: Het doseringsregiem voor hylaan G-F 20 is afhankelijk van het gewricht dat dient te worden behandeld. Osteoartrose van de knie: SYNVISC®: Het aanbevolen behandelingsregiem is drie injecties van 2 ml in de knie met een interval van een week tussen elke injectie. Voor het beste resultaat is het belangrijk dat alle drie de injecties worden toegediend. De maximale aanbevolen dosis is zes injecties binnen zes maanden, met ten minste vier weken tussen de behandelingen. SYNVISC-ONE®: Het aanbevolen behandelingsregiem is een injectie van 6 ml in de knie. De injectie mag 6 maanden na de eerste injectie herhaald worden, indien dit gerechtvaardigd wordt door de symptomen van de patient. Osteoartrose van de heup / enkel / schouder: SYNVISC® Het aanbevolen behandelingsregiem is een injectie van 2 ml. Indien er echter na deze injectie geen verlichting van de symptomen optreedt, wordt geadviseerd een tweede injectie van 2 ml toe te dienen. Klinische gegevens hebben uitgewezen dat patienten baat hebben bij deze tweede injectie wanneer deze 1 tot 3 maanden na de eerste injectie wordt toegediend. De behandeling met hylaan G-F 20 beinvloedt alleen het geinjecteerde gewricht en heeft geen algemeen systemisch effect. SYNVISC® Voor patienten die op de behandeling reageren, wordt gemeld dat het effect over het algemeen tot zesentwintig weken duurt, hoewel kortere en langere perioden ook zijn vastgesteld. De verwachte klinische gegevens bij patienten met osteoartrose van de knie hebben een duur van het effect van de behandeling van 52 weken aangetoond, na een serie van drie injecties met SYNVISC®. SYNVISC-ONE® Verwachte klinische gegevens van patienten met osteoartrose in de knie laten zien dat patienten baat hebben bij de behandeling tot 26 weken, na een injectie met SYNVISC-ONE®. Contra-indicaties: In aanwezigheid van veneuze en lymfatische stase in het betreffende ledemaat, mag hylaan G-F 20 niet in het gewricht worden ingespoten. • Hylaan G-F 20 mag niet in ontstoken of sterk inflammatoire gewrichten worden gebruikt of bij patienten met huidaandoeningen of infecties in de omgeving van de injectieplaats. Waarschuwingen: Hylaan G-F 20 mag niet worden gebruikt als er sprake is van aanzienlijke intra-articulaire effusie. • Net zoals bij elke invasieve gewrichtsprocedure verdient het aanbeveling dat patienten na een intra-articulaire inspuiting geen zware inspanningen doen en hun normale activiteiten na enkele dagen hervatten. • Hylaan G-F 20 is nog niet getest bij zwangere vrouwen en kinderen onder 18. • Hylaan G-F 20 bevat kleine hoeveelheden vogelproteine en mag niet worden toegediend aan patienten die hier overgevoelig voor zijn. Bijwerkingen: Bijwerkingen met betrekking tot het gewricht waarin de injectie met hylaan G-F 20 heeft plaatsgevonden zijn: tijdelijke pijn en/of zwelling en/of effusie. Ervaringen die zijn opgedaan nadat SYNVISC® op de markt is gebracht, hebben uitgewezen dat in bepaalde gevallen de effusie aanzienlijk kan zijn en sterke pijn kan veroorzaken; het is belangrijk het vocht te verwijderen en te analyseren om infectie of kristalartropatieen uit te sluiten. Deze reacties nemen gewoonlijk binnen enkele dagen af. Het klinische nut van de behandeling kan na dergelijke reacties toch nog merkbaar zijn. Intra-articulaire infecties deden zich in geen van de klinische studies van SYNVISC®/SYNVISC-ONE® voor en werden slechts zelden gedurende het klinische gebruik van SYNVISC® gemeld. • Ervaringen die zijn opgedaan nadat het product op de markt gebracht is, wijzen uit dat de volgende systemische gebeurtenissen zelden voorkomen bij toediening van SYNVISC®: uitslag, netelroos, jeuk, koorts, misselijkheid, hoofdpijn, duizeligheid, rillingen, spierkrampen, paresthesie, perifere oedemen, onbehaaglijkheid, ademhalingsmoeilijk-heden, opvliegers en een gezwollen gezicht. • Bij gecontroleerde klinische studies met SYNVISC® was er geen sprake van statistisch significante verschillen in de aantallen en/of soorten systemische bijwerkingen tussen de groep patienten die SYNVISC® hadden gekregen, en de groep die controlebehandelingen ontvingen. • In de gecontroleerde klinische studie met SYNVISC-ONE® waren de frequentie en de soorten bijwerkingen gelijk tussen de groep patienten die SYNVISC-ONE® toegediend kregen en de groep die een placebo kreeg. Verpakking: De inhoud van elke spuit is steriel en pyrogeenvrij. Bewaren tussen +2°C en +30°C. Niet bevriezen. SYNVISC® wordt geleverd in een glazen spuit van 2,25 ml met 2 ml hylaan G-F 20. SYNVISC-ONE® wordt geleverd in een glazen spuit van 10 ml met 6 ml hylaan G-F 20. Deze informatie is het laatst herzien in oktober 2012 Voor meer informatie zie de productinformatie in de verpakking Sanofi-aventis Netherlands B.V. Kampenringweg 45 E, 2803 PE Gouda Tel.: 0182 557 755 REFERENTIES 1. Langworthy MJ, Saad A, Langworthy NM. Conservative treatment modalities and outcomes for osteoarthritis: the concomitant pyramid of treatment. Phys Sportsmed. 2010;38(3):1-13. 2. SYNVISC®/SYNVISC-ONE® European Prescribing Information. Naarden, The Netherlands; Genzyme Europe B.V.; 2010. 3. Balazs EA, Watson D, Duff IF, Roseman S. Hyaluronic acid in synovial fluid, I: molecular parameters of hyaluronic acid in normal and arthritic human fluids. Arthritis Rheum. 1967;10(4):357-376. 4. Raynauld J-P, Torrance GW, Band PA, et al; Canadian Knee OA Study Group. A prospective, randomized, pragmatic, health outcomes trial evaluating the incorporation of hylaan G-F 20 into the treatment paradigm for patients with knee osteoarthritis (part 1 of 2): clinical results. Osteoarthritis Cartilage. 2002;10(7):506-517. 5. Raman R, Dutta A, Day N, Sharma HK, Shaw CJ, Johnson GV. Efficacy of hylaan G-F 20 and sodium hyaluronate in the treatment of osteoarthritis of the knee—a prospective randomized clinical trial. Knee 2008;15(4):310-324. doi:10.1016/j.knee.2008.02.012. 6. Wang Y, Hall S, Hanna F, et al. Effect of hylaan G-F 20 [SYNVISC®] supplementation on cartilage preservation detected by magnetic resonance imaging in osteoarthritis of the knee: a two-year, single-blind clinical trial. Poster presented at: European League Against Rheumatism (EULAR); June 16-19, 2010; Rome, Italy. 7. Hall S, Wang Y, Hanna F, et al. Effects of hylaan G-F 20 [SYNVISC®] supplementation on cartilage preservation in osteoarthritis of the knee: a two-year, single-blind clinical trial. Ann Rheum Dis. 2010;69(suppl 3):701. 8. Waddell DD, Bricker DC. Total knee replacement delayed with hylaan G-F 20 use in patients with grade IV osteoarthritis. J Manag Care Pharm. 2007:13(2)113-121. NL.HYL.12.10.01 SYN1004 - SCORE Communication 08/2012 nummer 1 | maart 2013 | Sport & Geneeskunde 41 Pagina 40
Pagina 42Heeft u een boek, nxtbook of e-jaarverslagen? Gebruik Online Touch: magazine naar een online publicatie converteren.
Sport & Geneeskunde nummer 1 | Maart 2013 Lees publicatie 19Home