Figuur 1. Generiek model voor het invoeren van vernieuwingen2,10 op een hoger plan kan worden gebracht. Verder kan de ontwikkeling van een digitaal SMD ook bijdragen aan de uniformiteit binnen de beroepsgroep en de verdere professionalisering van de beroepsgroep. De meerwaarde van een digitaal SMD ten opzichte van een regulier medisch dossier is dat het de mogelijkheid biedt om additionele gegevens te registreren, zoals het prestatievermogen en de conditionele aspecten van een sporter. In 2004 werd op verzoek van de Vereniging voor Sportgeneeskunde (VSG) een SMD ontwikkeld. De VSG koos destijds voor het pakket ‘Ecaris’ van VIR e-Care Solutions, omdat zij als softwarebedrijf de meeste ervaring hadden met het ontwikkelen en implementeren van een digitaal medisch dossier in de revalidatiegeneeskunde. Dit pakket voorzag zowel in de registratie van de curatieve zorg als de preventieve zorg (het is bijvoorbeeld mogelijk om uitslagen van sportkeuringen te registreren). Tegelijkertijd zijn er diverse lokale initiatieven geweest van andere aanbieders van digitale registratiesystemen voor de zorg die door sportartsen werden gebruikt. Onder andere de volgende softwarepakketten zijn gebruikt: xCare (McKesson), EasyCare™ / MCS (Medical Computer Support), Intramed (Convenient Software Solutions), Norma (MI Consultancy), Geneeskundig Informatie Defensie Systeem (GIDS, Ministerie van Defensie), IntraZis (Eenheid ICT St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein en Utrecht), Fysiomanager (World of Health BV), CS-EZIS.Net (ChipSoft), Microsoft Access, Excel en Word en ZorgDomein (ZorgDomein Nederland BV). Dat leidde tot een rijk pallet aan registratiesystemen. De diversiteit aan digitale systemen in combinatie met de door de VSG gesignaleerde uitvoeringsproblemen was de aanleiding voor een kwalitatief onderzoek met als doel het in kaart brengen van de ervaringen van sportartsen met de huidige registratiesystemen, de wenselijkheid en haalbaarheid van een digitaal SMD en de randvoorwaarden daarvoor. Generiek model voor het invoeren van vernieuwingen Keer op keer blijkt dat het invoeren van vernieuwingen – zoals een digitaal dossier of een richtlijn - in de gezondheidszorg moeizaam verloopt.1-5 Redenen waarom de invoering moeizaam verloopt zijn verschillend. Soms is het draagvlak onvoldoende. Maar vaker nog zijn er uitvoeringsproblemen en praktische bezwaren die het werken met een vernieuwing bemoeilijken. Bij de invoering van vernieuwingen is er sprake van een proces waarbij een aantal fasen doorlopen wordt.2,6-9 In figuur 1 (rechter deel) zijn de fasen schematisch weergegeven. Eerst moet de sportarts op de hoogte zijn en toegang hebben tot het digitale SMD (verspreiding). Vervolgens zal hij of zij afwegen welke gevolgen het werken met het digitale SMD heeft in vergelijking met de huidige werkwijze. Dit is een mentaal proces waarbij de sportarts een positieve of negatieve intentie tot gebruik van het digitale SMD ontwikkelt (adoptie). In de daaropvolgende fase, de implementatiefase, probeert de sportarts daadwerkelijk met het digitale SMD te werken. Hij of zij gaat dan ervaren of dit in de praktijk uitvoerbaar is, maar ook of het een verbetering is ten opzichte van de oude situatie. Ten slotte is het de bedoeling dat het werken met het digitale SMD onderdeel wordt van de dagelijkse routine (continuering). In elke fase van het invoeringsproces kunnen complicaties nummer 2 | mei 2013 | Sport & Geneeskunde 17 Pagina 16

Pagina 18

Interactieve online archief, deze uitgave of reclamefolder is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online bladerbaar op uw website plaatsen van digitale artikelen.

Sport & Geneeskunde nummer 2 | Mei 2013 Lees publicatie 21Home


You need flash player to view this online publication