Methode Dertien gezonde personen (man, 21,9±1,1 jaar, 181±8,3 cm, 73,5±5,0 kg;gem±SD) wandelden in een bilateraal exoskelet (figuur 1). Tijdstip van afstoot en mechanisch plantairflexie vermogen van het enkelgewricht werden gemanipuleerd. Wandelen met gedeactiveerd exoskelet fungeerde als controleconditie. Via indirecte calorimetrie werd de wandeleconomie nagegaan. De hartslag werd gelijktijdig geregistreerd. Condities werden vergeleken via herhaalde metingen MANOVA (xα=0.05). Figuur 1. A) Onderzoeksopstelling met proefpersoon in rust op de loopband. B) Schematisch overzicht van het exoskelet. Resultaten De hartfrequentie lag in alle geassisteerde condities lager dan de controleconditie (-1 tot -10 sl/min). Eénbenige wandelhulp bleek metabool economisch (-6 tot -9%), evenals tweebenige assistentie (-11 tot -15%)(figuur 2). Eénbenige assistentie verschilde niet van de helft van tweebenige assistentie bij eenzelfde relatief vermogen en actuatietiming 43. Figuur 2. Reducties in metabool verbruik bij verschillen in timing van afstoot en gegenereerd mechanisch vermogen. Alle condities verschillen significant van de controleconditie. ** = p<0.01, * = p<0.05, t = p<0.10. 27 & 28 november 2014 te Ermelo 43 Pagina 44
Pagina 46Heeft u een relatiemagazine, pagedirect of e-magazines? Gebruik Online Touch: lesmateriaal online bladerbaar uitgeven.
VSG Abstractboek 2014 Lees publicatie 37Home