CENTRE COURT 23 van het vormen van een projectgroep tot de evaluatie na het evenement. Vervolgens kunnen clubs zelf aan de slag”, legt Schenk uit. “Maar laat duidelijk zijn dat het nog steeds gaat om tips, wij bieden niet meer dan een leidraad. Een vereniging kan ook besluiten een project dat in de beschrijving een maand in beslag neemt, in een week of een dag te doen. Dat soort zaken is niet in beton gegoten.” Slechts één serie workshops in het land om de nieuwe benadering uit te leggen, het lijkt wat weinig. De Verenigingsadviseurs benadrukken echter dat de workshops bedoeld zijn voor algemene uitleg en bewustwording en dat ze de verenigingen een kans bieden om met elkaar te praten over hun ervaringen op het gebied van ledenwerving en ledenbehoud. Giethoorn: ”Daarna is de individuele aanpak beter. We hebben toch te maken met een wisselende groep. Sommige verenigingen zijn bijvoorbeeld heel klein en hebben daardoor heel andere belangen dan grotere clubs. Na de workshops gaan we zorgvuldig monitoren en individueel begeleiden. Dan komt het aan op maatwerk met persoonlijke bezoeken, telefoon en mail. We gaan veel proactiever te werk dan voorheen.” LEDEN TREKKEN LEDEN De ontwikkelde stappenplannen betreffen vooral projecten waarbij bestaande leden bekenden over de streep trekken om ook eens een tennisracket ter hand te nemen. Want dat is één van de sleutels tot succes, zo weten ze inmiddels bij de KNLTB. Leden trekken leden. “Ik heb vaak genoeg aangehoord hoe teleurgesteld verenigingen waren over de resultaten van een open dag”, aldus Schenk. “Clubs zeggen: we hebben alles gedaan voorafgaand aan de open dag om te werven, we hebben overal flyers verspreid en advertenties geplaatsten en toch komt er niemand. Verenigingen moeten echter beseffen dat zomaar de poorten open gooien zelden werkt. Persoonlijk contact en via bekenden worden gewezen op tennisevenementen heeft bijna altijd meer succes.” Een beproefd en zeer effectief project waarbij dat persoonlijke contact gebruikt kan worden om potentiële leden naar de club te halen, is het eerder genoemde stratentoernooi. Tennisleden vormen samen met niet-leden uit hun straat een team en nemen het in een toernooi op tegen andere teams. Het is bij uitstek een manier om de drempel te verlagen voor mensen die twijfelen of ze wel een kijkje op een club moeten gaan nemen. Met een bekende meegaan naar de plaatselijke tennisclub is immers makkelijker dan als eenling op louter vreemden afstappen. De Noord-Hollandse TC Vijfhuizen bewees nog niet zo lang geleden de potentiële waarde van een stratentoernooi. Een evenement van drie dagen leverde maar liefst 19 nieuwe seniorenleden op. Er zijn overigens meer bemoedigende signalen. Zo constateerde de KNLTB in 2014 een significante groei van het aantal leden in de leeftijdscategorie tussen vijf en twaalf jaar. Die groei is voornamelijk tot stand gekomen door Tenniskids, dat op meerdere terreinen een zeer succesvol programma blijkt. Tenniskids biedt kinderen de mogelijkheid te leren tennissen met spelvormen en materialen die goed passen bij hun leeftijd en fysieke ontwikkeling, waardoor ze goed hun eigen progressie merken. Bovendien biedt Tenniskids naast trainingen een aantrekkelijk wedstrijdprogramma, wat fors bijdraagt aan het enthousiasme van de deelnemende kinderen. In de leeftijdscategorie tussen vijf en twaalf jaar waren er in 2014 ongeveer 24.000 instromende leden. VERENIGINGEN MOETEN IN actie KOMEN Persoonlijk contact met aspirant- en nieuwe leden is dus van groot belang voor verenigingen. Die benadering vereist echter veel tijd, toewijding en energie van vrijwilligers die hun club vooruit willen helpen. En vrijwilligers motiveren begint bij het creëren van voldoende urgentie, zo weet Schenk. “Het is lang zo geweest dat wij het onderwerp ledenwerving en ledenbehoud zelf op de kalender moesten zetten. Wij moesten steeds aangeven hoe belangrijk het was. Verenigingen dachten snel: nu gaat het wat minder met het ledenaantal, maar volgend jaar hebben we vast de opgaande lijn weer te pakken. Het was een soort wishful thinking. Maar als het aantal leden drie jaar op rij zakt, wordt het toch echt zaak om in te grijpen. Als ik verenigingen sprak, dachten ze toch vaak het dieptepunt te hebben bereikt en de weg naar boven te hebben hervonden, terwijl die aanname op niks gebaseerd was. De gedachte: ‘het zal binnenkort wel weer aantrekken’, was een reden om af te wachten, maar inmiddels zijn de meeste verenigingen er toch wel van doordrongen dat ze in actie moeten komen.” De Verenigingsadviseurs zijn er ook van overtuigd dat in een werkgroep op het gebied van ledenwerving en ledenbehoud juist een taak is weggelegd voor de vrijwilligers die toch al zorgden voor veel sociale binding. “Je moet de mensen bij elkaar brengen die altijd al heel actief waren binnen de club, mensen met bepaalde sociale kwaliteiten”, stelt Giethoorn. “Vrijwilligers die dit gaan doen kost het zeker veel tijd en energie, maar ze moeten zich ook realiseren dat ze niet in een commissie terechtkomen waarin eindeloos moet worden vergaderd. Ze kunnen veelal hun eigen tijd indelen, zo nu en dan overleggen met andere commissieleden en vooral veel contact maken met de leden. En verenigingen moeten naar hun leden uitdragen dat dit soort projecten vrijwilligers ook heel veel positieve energie oplevert. Als een project succes heeft en het ledenaantal groeit, is dat heel bevredigend.” Pagina 22
Pagina 24Interactieve digi brochure, deze vaktijdschrift of club blad is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het digitaliseren van eonderwijs catalogussen.
CENTER COURT | nummer 1 2015 Lees publicatie 40Home