Wetenschappelijk onderzoek Maatwerkzolen geven een ander resultaat, dat is wellicht representatiever voor wat er in de praktijk gebeurt. Dat zou een goede toepassing van ons onderzoek kunnen zijn. Markers De markers moesten op specifieke punten geplakt worden. Deze punten zijn in andere onderzoeken ook gebruikt.7,19 Twee markers moesten op de huid geplakt worden waardoor de kans op verschuivingen erg groot is, hierdoor kan de gemeten hoek afwijken van de daadwerkelijke hoek. Bij de markers op de schoen zijn er geen beperkingen voor dit onderzoek. In andere onderzoeken is deze methode ook gebruikt, onze resultaten kunnen met die onderzoeken vergeleken worden. Loopbaan Er is gelopen op een baan (30 meter) tijdens de metingen.9 Er zijn onderzoeken gedaan naar het verschil tussen het lopen op een loopband en op een baan. Het blijkt dat er op een loopband meer op de voorvoet gelopen wordt dan op een baan.7,10 Het voordeel van een loopband is dat er continu gemeten kan worden en dat de loopsnelheid van de proefpersoon constant gehouden kan worden. Maar als er onderzoek gedaan wordt naar schoenen of zolen dan kan het gebruik van een loopband leiden tot inadequate conclusies20,21 , het bootst immers niet de werkelijkheid na. De antipronatieschoen reduceert meer pronatie dan de neutrale schoen met inlegzool Reductie pronatie Uit de resultaten blijkt dat de antipronatieschoen de pronatie het beste reduceert. In vergelijking met een neutrale schoen is er 6,7° minder pronatie in het STG bij een antipronatieschoen. Uit het onderzoek van Cheung et al blijkt ook dat een antipronatieschoen abnormale pronatie corrigeert.7 In het onderzoek van Zammit et al is gekeken naar zooltherapie en hieruit komt dat dit een klein effect heeft op de pronatiebeweging.10 Ook uit praktijkervaring blijkt dat zowel de antipronatieschoen als de sportzool pronatie reduceert. Dit kan invloed hebben gehad op het onderzoek: de toegepaste methode is niet dubbelblind. De onderzoekers weten wat er gemeten wordt en kennen het doel van het onderzoek, daarom waren zij hierin niet volledig objectief. Conclusie Uit het onderzoek blijkt dat de antipronatieschoen (Brooks Adrenaline) pronatie reduceert (6,72°) ten opzichte van de neutrale hardloopschoen (4,22°). De beste mogelijkheid voor het reduceren van pronatie is de antipronatieschoen. Deze uitkomst kan in de praktijk toegepast worden door hardlopers met abnormale pronatie een functionele hardloopschoen te adviseren. Aanbeveling voor toepassing in de praktijk Pronatie kan het beste gereduceerd worden door een antipronatieschoen. Als eerste zouden goede antipronatieschoenen gekocht moeten worden. Indien een hardloper antipronatieschoenen draagt, wordt de pronatiebeweging meer gereduceerd dan met neutrale schoenen en/of gestandaardiseerde maatwerk sportzolen. Belangrijk bij het kopen van een hardloopschoen met antipronatieblok is, dat de functionaliteit van de schoen goed past bij het voettype en looppatroon van de klant. Om hierin goed inzicht te krijgen is een uitgebreide analyse en schoenkennis nodig. Het kan dan evenwel voorkomen dat er toch klachten ontstaan en dat het dragen van alleen een antipronatieschoen niet voldoende is. Hierbij kan blijken dat de correctie van de schoen van 6.7 graden niet voldoende correctie biedt en er een aanvullende correctie nodig is. In zo’n geval zou een maatwerk sportzool uitkomst kunnen bieden in een antipronatieschoen. Hierdoor ontstaat in feite een ‘dubbele werking’. In deze maatzool zou volgens dit onderzoek in ieder geval een SPSa en MIC verwerkt moeten worden. Literatuurlijst 1. Hintermann, B. and B.M. Nigg, Pronation in runners - Implications for injuries. Sports Medicine, 1998. 26(3): p. 169-176. 2. Cheung, R.T.H., G.Y.F. Ng, and B.F.C. Chen, Association of footwear with patellofemoral pain syndrome in runners. Sports Medicine, 2006. 36(3): p. 199-205. 3. Root, Normal and abnormal function of the foot. 1977, Clinical Biomechanics Corporation: Los Angeles, California, USA. 4. Cheung, R.T.H. and G.Y.F. Ng, Efficacy of motion control shoes for reducing excessive rearfoot motion in fatigued runners. Physical Therapy in Sport, 2007. 8(2): p. 75-81. 5. Eng, J.J. and M.R. Pierrynowski, The effect of soft foot orthotics on 3-dimensional lower-limb kinematics during walking and running. Physical Therapy, 1994. 74(9): p. 836-844. 10 Sport & Geneeskunde | juli 2013 | nummer 3 Pagina 9

Pagina 11

Voor clubmagazines, online whitepapers en verenigingsbladen zie het Online Touch beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een e-commerce shop in uw presentaties.

Sport & Geneeskunde nummer 3 | Juli 2013 Lees publicatie 24Home


You need flash player to view this online publication