De literatuur over PS bestaat grotendeels uit case reports en case series en weinig uit vergelijkende diagnostische en therapeutische onderzoeken. Het trekken van harde conclusies wordt bemoeilijkt door de grote hoeveelheid literatuur met geringe bewijskracht. De gebruikte studies in deze review hebben een bewijskracht van niveau B of C. Slechts één studie heeft niveau A2.54 Conclusies uit deze review dienen derhalve met terughoudendheid geïnterpreteerd te worden. Een verdere beperkende factor in dit literatuuroverzicht is dat in de studies verschillende definities voor PS worden gebruikt, met als gevolg dat inclusiecriteria variëren en dat patiëntengroepen slecht vergelijkbaar zijn. Dit verklaart de grote verschillen in resultaten naar de effectiviteit van diagnostische testen en therapeutische behandelingen. Conclusie Op basis de beschikbare literatuur stellen wij als definitie van PS voor: “Pijn ter plaatse van het SI-gewricht en diep in de bil aan de aangedane zijde, vaak uitstralend naar het been, veelal ontstaan na een trauma aan het bekken (een val).” De pijn verergert door langdurig zitten en geeft problemen bij bukken, tillen en sportbelasting. Tevens is er vaak ter plaatse van de m. piriformis een zwelling palpabel, die zeer gevoelig is. De beste methode om de diagnose te stellen is een combinatie van meerdere diagnostische testen die PS suggereren en andere pathologie uitsluiten. Er bestaat enige bewijskracht voor de behandeling door middel van injectie met corticosteroïd in combinatie met fysiotherapie. Vermindering van de klacht na deze behandeling versterkt de diagnose. Gezien de lage kwaliteit van de beschikbare studies betreffende PS is er behoefte aan gedegen vergelijkend onderzoek. Referenties 1. Yeoman W. The relation of arthritis of the sacroiliac joint to sciatica. Lancet. 1928(2):1119–22. 2. Thiele GH. Coccygodynia and pain in the superior gluteal region. JAMA 1937(109):1271–5. 3. Robinson D. Piriformis syndrome in relation to sciatic pain. Am J Surg. 1947(73):435–9. 4. Silver JK, Leadbetter WB. Piriformis syndrome: assessment of current practice and literature review. Orthopedics. 1998 Oct;21(10):1133. 5. Stewart JD. The piriformis syndrome is overdiagnosed. Muscle & nerve. 2003 Nov;28(5):644. 6. Fishman LM, Schaefer MP. The piriformis syndrome is underdiagnosed. Muscle & nerve. 2003 Nov;28(5):646. 7. Papadopoulos EC, Khan SN. Piriformis syndrome and low back pain: a new classification and review of the literature. The Orthopedic clinics of North America. 2004 Jan;35(1):65. 8. CBO. http://www.cbo.nl/thema/Richtlijnen/EBRO-handleiding/A-Levelsof-evidence/. 2010. 9. Metha S, J.D.Auerback, K.R.Chin. Piriformis syndrome 2006. 10. Fishman LM, Zybert PA. Electrophysiologic evidence of piriformis syndrome. Archives of Physical Medicine and Rehabilitation. 1992 Apr;73(4):359. 11. Filler AG, Haynes J, Jordan SE, Prager J, villablanca JP, Farahani K, et al. Sciatica of nondisc origin and piriformis syndrome: diagnosis by magnetic resonance neurography and interventional magnetic resonance imaging with outcome study of resulting treatment. Journal of neurosurgerySpine. 2005 Feb;2(2):99. 12. Smoll NR. Variations of the piriformis and sciatic nerve with clinical consequence: a review. Clinical anatomy (New York, NY). 2010 Jan;23(1):8. 13. Pecina M. Contribution to the etiological explanation of the piriformis syndrome. Acta Anatomica. 1979;105(2):181. 14. Beaton L, Anson B. The sciatic nerve and the piriformis muscle: their interrelation a possible cause of coccygodynia. J Bone Joint Surg [Am] 1938(20):686–8. 15. Pokorny D, Jahoda D, Veigl D, Pinskerova V, Sosna A. Topographic variations of the relationship of the sciatic nerve and the piriformis muscle and its relevance to palsy after total hip arthroplasty. Surg Radiol Anat. 2006;28(01):88-91. 16. Konstantinou K, Dunn KM. Sciatica: review of epidemiological studies and prevalence estimates. Spine (Phila Pa 1976). 2008 Oct 15;33(22):2464-72. 17. Karppinen J, Malmivaara A, Tervonen O, Paakko E, Kurunlahti M, Syrjala P, et al. Severity of symptoms and signs in relation to magnetic resonance imaging findings among sciatic patients. Spine (Phila Pa 1976). 2001 Apr 1;26(7):E149-54. 18. Bernard TN, Jr., Kirkaldy-Willis WH. Recognizing specific characteristics of nonspecific low back pain. Clin Orthop Relat Res. 1987 Apr(217):266-80. 19. Pace JB, Nagle D. Piriform syndrome. The Western journal of medicine. 1976 Jun;124(6):435. 20. Benson ER, Schutzer SF. Posttraumatic piriformis syndrome: diagnosis and results of operative treatment. The Journal of bone and joint surgery American volume. 1999 Jul;81(7):941. 21. Beatty RA. The piriformis muscle syndrome: a simple diagnostic maneuver. Neurosurgery. 1994 Mar;34(3):512. 22. Beauchesne RP, Schutzer SF. Myositis ossificans of the piriformis muscle: an unusual cause of piriformis syndrome. A case report. The Journal of bone and joint surgeryAmerican volume. 1997 Jun;79(6):906. 23. Foster MR. Clinical trials for piriformis syndrome. Orthopedics. 1999 Jun;22(6):561, 9. 24. Foster MR. Piriformis syndrome. Orthopedics. 2002 Aug;25(8):821. nummer 4 | september 2013 | Sport & Geneeskunde 27 Pagina 26
Pagina 28Heeft u een spaarprogramma, modern media of ecursussen? Gebruik Online Touch: catalogus naar een digitale publicatie omzetten.
Sport & Geneeskunde nummer 4 | September 2013 Lees publicatie 25Home