Verslag worden of de sporter op tijd naar bed is geweest. Mag de fysioloog wel ‘tot in de slaapkamer’ meekijken? En als dat mag, heeft de fysioloog een beroepsgeheim of mag deze ‘bijvangst’ gebruikt worden om de sporter ‘aan te pakken’? - waarom wordt de sporter niet betrokken bij de terugkoppeling? - is anonimiseren misschien mogelijk? Stap 2-3: Welke waarden of normen zijn in het geding?: - privacy (anderen krijgen informatie over mijn slaap) - duidelijkheid (wat is doel en opzet, wordt geen misbruik van de resultaten gemaakt, geen onterechte verwachtingen, geen beoordeling) - gezondheid (test kan helpen om gezondheid te beschermen, overtraining te voorkomen) - niet-schaden ( test moet geen overlast geven) - keuzevrijheid (aan de sporter overlaten of hij/zij meedoet voor eigen gezondheid) - (recht op) goed geïnformeerd zijn In beide groepen was de discussie levendig. Het bleek erg nuttig om iedereen expliciet aan het woord te laten komen en te laten aangeven welke dilemma’s hij/zij zag en welke normen of waarden er volgens hem/haar in het geding zijn. Dat gaf veel verdieping en er ontstonden richtlijnen voor oplossingen. De deelnemers hebben een redelijk beeld gekregen van de wijze waarop een moreel beraad verloopt. Ook werd duidelijk dat voor een gedegen en eerste moreel beraad voldoende tijd (ruim 1 uur) moet worden uitgetrokken: stappen 3 en 4 (het opstellen van eigen formuleringen en het trekken van een conclusie) konden in de beschikbare tijd niet worden genomen. Conclusie De algemene conclusie van deze sessie was dat de eerste kennismaking met moreel beraad nieuwsgierig heeft gemaakt. Als je met elkaar rond de tafel zit blijkt het moeilijk te zijn om een moreel dilemma te formuleren en je eigen normen en waarden die bij de besproken casus in het geding zijn te verwoorden. Toch levert het veel inzicht op als alle deelnemers consequent worden gevraagd te formuleren wat zijn/haar waarden zijn. Ook het belang van de aanwezigheid van goed geschoolde gespreksleiders is duidelijk naar voren gekomen in de beide subgroepen. Een goede gespreksleider is van belang om de morele gelijk40 Sport & Geneeskunde | april 2014 | nummer 2 waardigheid van alle deelnemers aan het moreel beraad te bewaken. De gespreksleider kan alle deelnemers uitnodigen tot een interactieve dialoog waarin weging van normen en waarden kan plaatsvinden, zonder dat er sprake is van overreden of overtuigen van standpunten. De opzet van deze sessie was niet om het dilemma op te lossen, maar als dat wel het doel is, dien je voldoende tijd in te plannen voor een moreel beraad (minimaal 1,5 uur). De geanimeerde gesprekken, enthousiaste deelnemers en het gemeenschappelijke gevoel dat moreel beraad ook binnen de sportmedische begeleiding van waarde kan zijn vormen aanleiding voor de Medisch Ethische Commissie om nader te verkennen of hier binnen de beroepsgroep behoefte aan is. Zie onderstaande oproep. Binnen een moreel beraad wordt niet gediscussieerd, maar gestreefd naar een dialoog en een onderzoekshouding Oproep Bent u sportarts en heeft u een dilemma uit de dagelijkse praktijk, waarbij diverse personen betrokken zijn? En heeft u na het lezen van dit artikel de indruk dat de het organiseren van een moreel beraad kan bijdragen aan het oplossen of verhelderen van dit dilemma? Neem dan contact op met de Corine Ottevanger van de Vereniging voor Sportgeneeskunde via 030-2252290 of via vsg@sportgeneeskunde.com. Tot slot De Medisch Ethische Commissie wil iedereen die een bijdrage heeft geleverd aan deze sessie hartelijk bedanken. Pagina 39

Pagina 41

Heeft u een onderwijscatalogus, pagegangster of digi clubbladen? Gebruik Online Touch: jaarverslag digitaal op uw website plaatsen.

Sport & Geneeskunde nummer 2 | April 2014 Lees publicatie 29Home


You need flash player to view this online publication