Tabel 1. Relatie tussen vermogen, klimtijd en vuistregels (Hoogtemeters per uur en Berg Index (BI)) voor Alpe d’Huez en Mont Ventoux. De vetgedrukte getallen zijn bekende getallen die gebruikt zijn voor de schatting van de tijd op de Mont Ventoux en de vuistregels. BI = snelheid Massa GeRenner Marco Pantani Lance Armstrong pp1 pp2 pp3 pp4 pp5 pp6 pp7 pp8 pp9 slacht m m m m v m v v m m m persoon + fiets (kg) 62 82 90 82 68 78 62 63 110 78 96 Pmax (Watt) 446 601 379 343 239 264 192 187 296 194 232 De resultaten zijn geordend op snelste tijden. De ordening geldt tevens voor de vuistregels hoogtemeters per uur en individuele BergIndex (BI). Discussie Uit literatuur is gebleken dat fysische modelvorming effectief is in het berekenen van geleverd vermogen op de fiets.5 een fysisch model voorspellingen gedaan van klimtijden op verschillende bekende cols. Er zijn een aantal websites 3,4,6,7 waarop een voorspelling wordt gedaan, maar het achterliggende model is niet bekend. Het hier beschreven model voorspelt klimtijden, aantal hoogtemeters per uur en een eenvoudige formule (berg index) om per berg de snelheid dan wel de hellingshoek te bepalen. Hiertoe is een aantal aannames gedaan. De aanname dat de anaerobe drempel op 80% van het maximale vermogen ligt is voor minder getrainde fietsers wat te hoog ingeschat. Met een bepaling van de anaerobe drempel in het laboratorium kan de individuele inschatting nauwkeuriger bepaald worden. De lengte van de berghelling, de vorm van de dag, het weer en de ijle lucht op grote hoogte, spelen uiteraard een rol in de uiteindelijke fietstijd. Ook Pmax per kg lich gew (Watt/ kg) 8,3 8,1 4,8 4,9 4,1 3,9 3,7 3,6 3,0 2,9 2,7 (m/s) + helPaeroob (Watt) 357 481 301 273 191 211 154 150 237 155 186 Tijd Alpe d’Huez 37’55’’ 37’56’’ 55’ 55’ 1h05’ 1h07’ 1h13’ 1h16’ 1h23’ 1h30’ 1h32’ Tijd Mont Ventoux 58’55’’ 59’07’’ 1h27’ 1h28’ 1h41’ 1h43’ 1h53’ 1h57’ 2h08’ 2h18’ 2h22’ Hoogtemeters per uur 1701 1701 1105 1092 952 925 851 822 751 696 677 lingspercentage 29,1 29,1 22,3 22,1 20,3 19,9 18,9 18,5 17,5 16,8 16,5 hier geldt: behaalde resultaten uit het verleden geven geen garantie voor de toekomst. Het doen van voorspellingen kan echter niet anders dan het verleden daarbij te betrekken. De nauwkeurigheid van de voorspelling is daarbij minder interessant dan de waarde van de indicatie. In dit artikel zijn m.b.v. Dankwoord De toerfietsers zoals genoemd in tabel 1, hebben hun gegevens ter beschikking gesteld voor publicatie, waarvoor onze dank. Literatuur 1. Oonk HHN. Biostatica. Den Haag: Uitgeverij Henric Graaff van IJssel, 2005. 2. Debraux P, Grappe F, Manollova AV, Bertucci W. Aerodynamic drag in cycling: methods of assessment. Sports Biomech. 2011; Sep;10(3):197-218. 3. Technische artikelen over de fiets. http://www.velofilie.nl 4. Fietsen en Fysica. http://www.fietsica.be 5. Martin JC, Milliken DL, Cobb JE, McFadden KL, Coggan AR. Validation of a mathematical model for road cycling power. Journal of applied Biomechanics, 1998, 14, 276-291. 6. www.climbbybike.com 7. http://www.ccr.nl/Rosier 6721 KP Bennekom T nummer 3 | augustus 2012 | Sport & Geneeskunde 37 Over de auteurs Ir. Harry H.N. Oonk1 Dr. Monique A.M. Berger1 1 Haagse Hogeschool, Opleiding Bewegingstechnologie Ir. Harry Oonk is (ex)docent biomechanica, verbonden aan de opleiding Bewegingstechnologie aan de Haagse Hogeschool en de master opleiding Manuele Therapie, daarnaast actief als forensisch analist. Dr. Monique Berger is docent aan de opleiding Bewegingstechnologie en coördinator van het Expertisecentrum Bewegingstechnologie en coördinator onderzoek aan de Haagse Hogeschool. Correspondentieadres auteurs: Ir. H.H.N. Oonk Email: oonkharry@gmail.com Dr. M.A.M. Berger Email: m.a.m.berger@hhs.nl Haagse Hogeschool Opleiding Bewegingstechnologie Postbus 13336 2501 EH Den Haag Pagina 36
Pagina 38Scoor meer met een web winkel in uw uitgaves. Velen gingen u voor en publiceerden onderwijscatalogussen online.
Sport & Geneeskunde nummer 3 | Augustus 2012 Lees publicatie 15Home