Orthopedie Artsen moeten daarnaast het bestaan kennen van het Second-impact syndrome (SIS), het gevolg van een tweede commotio cerebri voordat de symptomen van de eerste zijn verdwenen. Het SIS kenmerkt zich door een erg snelle en vaak catastrofale zwelling van de hersenen. De tweede impact, soms niet meer dan een kleine tik, zorgt indirect voor een versnellingsmoment in de hersenen en kan minuten, dagen tot pas weken na de initiële commotio optreden. SIS is vaak fataal, en wie het toch overleeft, blijft meestal ernstig gehandicapt voor het leven. Het Second-impact syndrome wordt het vaakst gezien bij American footballers, maar evengoed bij boksers, voetballers, ijshockeyspelers, rugbyers en dus ook bij skiërs/wintersporters. De incidentie ervan is niet goed bekend. Wel bekend is dat SIS het meest voorkomt bij adolescenten en jonge mannen. De klinische symptomen zijn hoofdpijn, cognitieve moeilijkheden en gezichtsproblemen. Er kan ook snel een collaps optreden, met pupildilatatie, het verdwijnen van de oogbewegingen, bewusteloosheid en respiratoir falen. Hersenstamfalen kan zich tussen de twee en vijf minuten na de tweede impact uiten, vaak met de dood als gevolg. De diagnose gebeurt via een CT- of NMR-scan. SIS voorkomen kan door hoofdletsels te vermijden. Een helm 12 Sport & Geneeskunde | februari 2014 | nummer 1 sluit een SIS evenwel niet volledig uit. Het is dan ook essentieel dat de patiënt de competitie niet hervat vooraleer alle tekenen van een commotio verdwenen zijn.12 Letsel romp en rug In 8.1% van de gevallen worden romp- en lagerugletsels vastgesteld, gaande van kneuzingen tot fracturen. Bij snowboarders kunnen plotse spierspanningen (mm. multifidi), die optreden tijdens een val, leiden tot de afrukking van de lumbale processus transversi. De behandeling bestaat dan – na het uitsluiten van andere letsels – uit rust, pijnstilling en eventueel het tijdelijk dragen van een korset. Lage rugpijn komt veel voor bij competitieskiërs, vooral in de slalomdiscipline. De oorzaak moet gezocht worden in een combinatie van letsels opgelopen in de groeispurt door een gebrekkige vormspanning, te zware sportieve belasting en de intensiteit en de specificiteit van het slalomskiën. Verschillende factoren spelen een belangrijke rol, zoals het materiaal, het parcours (course setting) en de fysieke paraatheid van de atleet. Een atleet die niet stabiel skiet of een recreatieve skiër met een slechte techniek en zwakke vormspanning zal bij het uitsturen in de bochten al te vaak skiën met een overrotatie van het bovenlichaam, waardoor zijn onderrug te sterk belast wordt. Blessurepreventiepro Pagina 11
Pagina 13Heeft u een gids, paperator of web sportbladen? Gebruik Online Touch: reisgids converteren naar een online publicatie.
Sport & Geneeskunde nummer 1 | Februari 2014 Lees publicatie 27Home