Wetenschappelijk onderzoek Wetenschappelijk onderzoek Efficiëntie in Cyclische Sporten Door: D.A. Noordhof Samenvatting Om prestaties in de wieler- en schaatssport beter te kunnen begrijpen wordt er gebruik gemaakt van een vermogensbalansmodel. Een van de variabelen in dit model is de efficiëntie, een belangrijke prestatiebepalende factor. Maar hoe bepalen we de efficiëntie tijdens het fietsen en schaatsen en wat is de invloed van verschillende factoren, zoals het dag-nacht ritme van de atleet en de hoogte boven zeeniveau waarop gepresteerd wordt, op de efficiëntie? Dit is onderzocht aan de hand van een serie experimenten. Het bepalen van de efficiëntie tijdens het fietsen en schaatsen De efficiëntie van een atleet bepaald het mechanisch vermogen of de snelheid die de atleet kan genereren op basis van de metabole energie die is vrijgemaakt uit de verbranding van voedingsstoffen. Hoe hoger de efficiëntie hoe meer snelheid de Inleiding Om prestaties in sporten zoals wielrennen en schaatsen te kunnen verbeteren, moet het mechanisch vermogen dat de atleet levert toenemen of het vermogen dat verloren gaat aan wrijvingskrachten, zoals de luchtwrijving, verminderen. Wanneer we de vermogensverliezen buiten beschouwing laten, kan de atleet zijn prestatie enkel verbeteren door een toename van het mechanisch vermogen. Het mechanisch vermogen dat een atleet levert wordt bepaald door de hoeveelheid metabole energie die in het lichaam wordt vrijgemaakt uit de verbranding van voedingsstoffen en door de efficiëntie (in het Engels de ‘gross efficiency’ (GE)) waarmee deze metabole energie wordt omgezet naar mechanisch vermogen. Uit onderzoek blijkt dat de mens de grens van de maximale metabole energie productie lijkt te naderen1 en daarom verschuift de aandacht binnen de wetenschap richting efficiëntie. Zo is bijvoorbeeld de toename in prestatie, bewerkstelligd met de komst van de klapschaats, te danken aan een toename in efficiëntie van 14,8% met de conventionele schaats naar 16,3% met de klapschaats.2 Daarnaast is gebleken dat in de schaatssport ongeveer de helft van de verbetering in wereldrecords over de afgelopen 50 jaar te danken is aan technologische innovaties, zoals overdekte ijsbanen en de klapschaats, maar dat de overige 50% waarschijnlijk deels te verklaren is door een toename in efficiëntie.1 32 Sport & Geneeskunde | april 2014 | nummer 2 atleet kan genereren met behulp van dezelfde metabole energie. Sporters willen daarom een zo hoog als mogelijke efficiëntie, maar hoe bepalen we de efficiëntie van atleten tijdens het fietsen en schaatsen? De fiets- of schaatsefficiëntie wordt bepaald op een submaximale snelheid, een snelheid waarop de sporter in ‘steady state’ is en de respiratoire gaswisselingsverhouding (‘respiratory exchange ratio’ (RER)) gelijk is aan of kleiner is dan 1,0.3 Tijdens het fietsen kan het mechanisch vermogen waarop de sporter rijdt ingesteld worden (zoals op een fietsergometer) of worden gemeten met bijvoorbeeld een SRM-systeem. Met behulp van zuurstofopnameapparatuur kan de uitademingslucht geanalyseerd worden en vervolgens kan de efficiëntie bepaald worden aan de hand van vergelijking 1. GE = mechanisch vermogen metabool vermogen Vergelijking 1 Het metabool vermogen kan bepaald worden door de ‘steady state’ zuurstofopname (V .O2 ), d.w.z. de gemiddelde V .O2 over de laatste 3 minuten van een 6 minuten durend in. 100 Pagina 31

Pagina 33

Voor publicaties, online handleidingen en flyers zie het Online Touch content management system systeem. Met de mogelijkheid voor een online winkel in uw nieuwsbrieven.

Sport & Geneeskunde nummer 2 | April 2014 Lees publicatie 29Home


You need flash player to view this online publication