• monitoring en onderzoek: meer dan ooit is de ambitie om op basis van feitelijke situaties op lokaal niveau programma’s uit te voeren en de effecten daarvan te volgen zodat bijsturing en doorvertaling naar andere plekken mogelijk is. Dit vraagt om kwantitatief inzicht. Collectieve middelen worden (voor een klein deel van het totaal) ingezet voor het optimaliseren van de monitoring door zowel bonden als overkoepelend. Daarnaast is het noodzakelijk de maatschappelijke en economische waarde van sport sterker te onderbouwen. Binnen het Sectorplan Sportonderzoek en -onderwijs 2011-2016 heeft het thema meedoen/sportparticipatie een prominente plaats. Een wetenschappelijk onderzoeksprogramma maakt hiervan deel uit. Dit programma gaat gefi nancierd worden uit de zogenaamde tweede geldstroom (NWO), waarbij cofi nanciering gevraagd wordt aan partners. NOC*NSF en de sportbonden zijn partner. Een klein deel van de collectieve middelen wordt ook hiervoor ingezet. Monitoring Om scherp te blijven toezien of de doelstellingen worden gehaald en waardoor, gaan we de komende jaren actief monitoren. Het doel hiervan is nadrukkelijk te kunnen bijsturen op beleid en niet het afrekenen van betrokken partijen. Dit is in lijn met het mede door NOC*NSF opgestelde Sectorplan Sportonderzoek en -onderwijs 2011-2016. Jaarlijks meten en rapporteren we de status van de vier doelstellingen: 1. sportparticipatie 12x per jaar naar 75%; 2. sportparticipatie 40 weken per jaar naar 60%; 3. aantal Nederlanders dat voldoet aan de combinorm naar 70%; 4. lidmaatschappen naar 35%. SPORTAGENDA 2016 | 45 Pagina 44

Pagina 46

Interactieve e-webshop, deze editie of uitgave is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het naar een online publicatie converteren van digitale uitgaves.

Sportagenda 2016 Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication